Vooral zalm, makreel, haring en tonijn leveren ons veel van deze essentiële vetzuren, maar ook noten en plantaardige oliën bevatten veel omega-3.
Vette vis
Omega 3 vetzuren ( ALA, EPA en DHA) helpen bij het bouwen en onderhouden van goed zicht. Ze zijn belangrijk in alle stadia en leeftijden, van de ontwikkeling van zicht bij baby’s tot het in stand houden van het goed werken van de ogen op latere leeftijd. Wekelijks vette vis eten reduceert het risico op achteruitgang van het zicht bij het ouder worden.
Onderzoek heeft uitgewezen dat door minimaal één vette vis per week te consumeren het risico op ontstaan van Macula Degeneratie met 50% afneemt. Met name DHA is hiervoor een belangrijk vetzuur, omdat DHA veelvuldig voorkomt in het netvlies en dit gezond helpt te houden.
Daarnaast helpen Omega 3-vetzuren tegen droge ogen. Ze houden de ogen vochtig door een hogere productie van traanvocht.
Omega 3 is niet alleen goed voor de ogen, maar ook voor hart en vaten en een betere bloeddruk en cholesterolgehalte.
Vitamine A is van belang voor de normale groei, een gezonde huid, haar en nagels en een goede werking van de ogen en het afweersysteem.
Vitamine A is dan ook een zeer belangrijke vitamine voor de ogen. Het netvlies en achter het netvlies is de plek waar de meeste vitamine A in het lichaam voorkomen. De ogen hebben vitamine A onder andere nodig om in het donker te kunnen zien. In het netvlies zitten 128 miljoen lichtgevoelige cellen, staafjes en kegeltjes. 120 Miljoen daarvan, de staafjes, hebben onder andere de functie om in het donker te kunnen zien. Hoe beter de staafjes werken, hoe beter je kunt zien in het donker. Logisch dus dat de ogen vitamine A nodig hebben om in het donker goed te kunnen zien. De latijnse naam voor vitamine A is retinol, afgeleid van het woord retina oftewel netvlies.
Vitamine A komt voor in dierlijke producten, zoals vlees en vleeswaren (vooral lever zit vol vitamine A), zuivelproducten, vis en eidooier. Daarnaast zit het als toevoeging in margarine, halvarine en bak- en braadproducten.
In sommige groenten en fruit zitten carotenoïden. Carotenoïden worden ook wel provitamine A genoemd, omdat het lichaam deze stoffen kan omzetten in vitamine A. Carotenoïden komen voornamelijk voor in wortel, boerenkool en spinazie.